In deze moeilijke tijden moeten wij ons allemaal inzetten voor het welzijn van de Surinaamse arbeiders en een toekomst waarin iedereen kan delen in de rijkdom van ons land.
We erkennen de enorme druk die de huidige economische situatie legt op Surinaamse
gezinnen. De koopkracht is gedaald, waardoor het steeds moeilijker wordt om rond te
komen. Dit heeft een negatieve impact op de levensstandaard en het welzijn van veel
gezinnen op dit moment in Suriname, onder andere gezinnen van arbeiders in essentiële
beroepen zoals leerkrachten en verpleegkundigen.
A20 gelooft dat er hoop is voor Suriname. Ons land heeft een enorm potentieel om te
gedijen, zowel in duurzame sectoren zoals groene energie en landbouw, als in traditionele
sectoren zoals olie, gas en goud. We moeten slim investeren in deze sectoren en ervoor
zorgen dat de voordelen eerlijk worden verdeeld over alle Surinamers.
In het kader van ons streven als partij naar een rechtvaardiger en welvarender Suriname,
bevelen wij de regering aan concrete stappen ter verbetering van de positie van de
arbeidersgroep te ondernemen om de nodige sociale rust te behouden. Wij stellen de
regering cq de President het volgende voor :
- Daadwerkelijke koopkrachtversterking zoals de President heeft aangekondigd te
willen bespreken met de vakbeweging. - Het terugbrengen van alle onnodige kosten die ongebreideld voort gaan ten koste
van de arbeidende klasse en ter faveure van een kleine groep mensen in de
samenleving. - Het her introduceren van naschoolse opvang met voeding om de druk op de
arbeidende klasse te verlichten. - Het gefaseerd uitvoeren van verhoging maatregelen die extra druk zetten op de
arbeidende klasse.
A20 is ervan overtuigd dat door te investeren in het welzijn van onze hardwerkende
Surinamers, we een sterkere en welvarender toekomst voor ons land kunnen creëren. We
zijn vastberaden om samen te werken met alle Surinamers om onze economie te herstarten,
banen te helpen creëren en een rechtvaardige samenleving te bouwen waar iedereen kan
gedijen.
Het kan Anders, wan Trafas’ dé !